Wat jij van de filosoof Epictetus kan leren
Wat jij van de filosoof Epictetus kan leren
Schrijfstress! Wie kent het niet? Je begint vol goede moed aan een mail en bij elke zin slaat de twijfel toe. Is de zin te lang? Te kort? Ben ik breedsprakig? Te beknopt? Zijn mijn woorden te moeilijk, te simpel, oubollig of juist popiejopie? Je delete meer dan je lief is en je tekst schiet maar niet op. Frustrerend!
Bij een non-profitorganisatie geef ik de training Direct Duidelijke e-mails schrijven. Belangrijk onderdeel is de woordkeus. Van de organisatie moeten de medewerkers in eigentijds direct duidelijk Nederlands schrijven. Dus geen oubollige woorden als derhalve, tevens, dienen, gaarne en doen toekomen. Wel alternatieven als daarom, ook, moeten, graag en sturen.
Alfred is een van de deelnemers. Hij reageert nog voor ik ben uitgesproken: ‘Als ik in mijn mails geen formele woorden mag gebruiken, dan neemt mijn lezer me niet serieus. Trouwens, door mijn formele taalgebruik behandel ik mijn lezer met respect!’ Via het beeldscherm kijkt hij me fel aan.
Is het waar? Neemt de lezer Alfred niet serieus als hij in gewone eigentijdse woorden schrijft? En ervaart de lezer disrespect als hij niet in formeel Nederlands schrijft?
Alfred zegt dus eigenlijk dat het onbeleefd is om in eigentijds zakelijk Nederlands met elkaar te communiceren. Dat vind ik nogal wat!
Stel je voor …
Alfred wil iemand spreken en loopt naar de receptie van het bedrijf. De receptioniste antwoordt: ‘Ik vraag mijn collega of hij naar de receptie komt, zodat u het hem zelf kunt zeggen. Wilt u in de wachtkamer wachten?’
Een doodnormale zin in doodnormale woorden. Een duidelijke zin ook. Respectloos? Zou Alfred gepikeerd zijn als de receptioniste hem zo aanspreekt? Vindt hij dat de receptioniste hem door deze woordkeus niet serieus neemt?
Had Alfred liever gehoord: ik verzoek mijn collega zich naar de receptie te begeven, zodat u hem dit eigenhandig kunt mededelen. Derhalve verzoek ik u zich in de wachtkamer te vervoegen.
Getuigen deze woorden van respect?
Hoezo respect?
Ik maak een uitstapje naar de filosoof Epictetus. Wat zou hij hiervan vinden?
Stel je eens voor: je rent het perron op en de trein rijdt voor je snufferd weg. Je bent kwaad. De trein had niet zonder jou moeten vertrekken! Chagrijnig zit je op een bankje wat op je mobiel te prutsen tot de volgende trein komt.
Stel je nu dit eens voor: je rent het perron op en de trein rijdt voor je snufferd weg. Je kijkt op je horloge. Over een kwartier komt de volgende. Mooi! Precies genoeg tijd voor je favoriete cappuccino.
Dezelfde situatie, twee verschillende gedachtes met twee verschillende gevolgen.
Volgens de stoïcijn Epictetus zijn het niet de dingen zelf die ons van streek maken, maar onze gedachten daarover.
Dus …
Epictetus zegt dat een emotie als boosheid, irritatie of chagrijn komt doordat we een onware gedachte koppelen aan een ware gedachte. Die onware gedachte zorgt voor de emotie, niet de situatie zelf.
Terug naar het perron.
Voor beide reizigers geldt de ware gedachte: de trein rijdt voor m’n snufferd weg. De eerste reiziger koppelt daaraan de onware geachte: de trein had niet zonder mij mogen vertrekken. Gevolg: boos!
De tweede reiziger koppelt aan de ware gedachte geen onware gedachte. Sterker, hij bedenkt iets positiefs om het kwartiertje wachten op een prettige manier door te brengen en stapt naar de Starbucks. Gevolg: 15 minuten onverwachts genieten.
Hallo, gaat dit nog over woordkeus, vraag je je misschien af …
Ja, zeker wel!
Alfreds ware gedachte is: van mijn werkgever moet ik mails schrijven in gewone eigentijdse woorden schrijven.
Alfreds onware gedachte is: mijn lezers nemen mij niet serieus als ik in gewone eigentijdse woorden schrijf.
Gevolg: Alfred is boos, geïrriteerd en gefrustreerd. Misschien zelfs bang.
Volgens de stoïcijn Epictetus raakt Alfred niet van streek omdat hij van zijn werkgever in eigentijdse woorden moet schrijven, maar van zijn onware gedachte daarover.
Alfred noemt de gedachtes:
- mijn lezer neemt me niet serieus als ik direct duidelijke taal gebruik
- het is respectloos als ik geen formele taal gebruik
Alfred had ook andere gedachtes kunnen uitspreken:
- dat is niet zakelijk
- zo heb ik het niet geleerd
- als we zo doorgaan, dan schrijven we over een paar jaar in straattaal
- mijn oudere lezers stellen ouderwetse woorden juist op prijs
- de taal verloedert
- ik vind die woorden juist mooi
- jongeren moeten maar leren hoe het hoort
- …
Denk je nu: hoezo onwaar? Wie zegt dat?
Misschien is het waar wat Alfred zegt. Misschien ook niet. Het is hoe dan ook een gedachte en geen getoetste waarneming. Een aanname dus. Want Alfred heeft het niet gecheckt bij zijn lezer. Hij heeft geen onderzoek gedaan. Hij heeft zijn lezer niet gevraagd welke woordkeus die op prijs stelt. Niets van dat al.
Intussen houdt die onware gedachte Alfred in zijn greep. De onware gedachte verlamt hem. De gedachte maakt dat Alfred in oubollige taal blijft mailen en dat is nou juist niet de bedoeling. Zijn werkgever wil dat namelijk niet en we weten uit onderzoek dat teksten in eigentijdse direct duidelijke taal beter hun doel bereiken.
Wat kan Alfred dan wel doen?
Checken, uitproberen en accepteren wat ervan komt. Erop vertrouwen dat de werkgever weet wat hij wil. Dat de afdeling communicatie heeft nagedacht over de ideale schrijfstijl voor de organisatie en het lezerspubliek voordat ze besloten alle medewerkers een training Direct duidelijke e-mails schrijven aan te bieden.
En, geloof me, niemand mailt Alfred en zegt: ik vind dat je me respectloos benadert doordat je geen oubollige woorden gebruikt. No way!
Epictetus zegt ook: geef me de moed te accepteren wat niet in mijn vermogen ligt, de kracht om alles te doen wat in mijn vermogen ligt en de wijsheid tussen die twee onderscheid te maken.
Om nog even door te draven …
Misschien gaat het Alfred niet echt om de lezer. Misschien gaat het om hemzelf. Misschien is hij gewoon bang om de taal die hij gewend is, los te laten. Misschien vindt hij het moeilijk om te switchen … Allemaal misschien …
Misschien gaat het dus om de vraag: hoe doe ik dat dan, schrijven zonder die oubollige woorden? Op een manier die voor mij comfortabel is.
Mooie vraag!
Wil je zelf je schrijfstijl aanpassen aan deze tijd? Begin klein. Bijvoorbeeld door deze oubollige woorden in je mails te schrappen:
- tevens
- indien
- abusievelijk
- conform
- doch
- omtrent
- betreffende
- dienen
- gaarne
- doen toekomen
Wedden dat je een tevreden lezer hebt!
Wat jij van de filosoof Epictetus kan leren
Wat jij van de filosoof Epictetus kan leren Wat jij van de filosoof Epictetus kan leren Ontdek hoe je overtuigend in eigentijdse woorden schrijft en je lezer blij maakt. Schrijfstress! Wie kent het niet? Je begint vol goede moed aan een mail en bij elke zin slaat de twijfel toe. Is de zin te lang? Te […]
Lees verderBewaar jij de negatieve boodschap tot het eind van je mail?
Bewaar jij de negatieve boodschap tot het eind van je mail? Bewaar jij de negatieve boodschap tot het eind van je mail? Zo breng je slecht nieuws góéd Het gebeurt nog steeds. Ja echt, er zijn nog steeds mailschrijvers die een negatieve boodschap het liefst onderaan in een e-mail zetten. Net zoals Kitty, die ervan […]
Lees verder